De Mythe ontrafeld?

Wat we weten over goed politieleiderschap (2011). W. Landman, M. Brussen en F. van der Laan (Twynstra Gudde, Amersfoort). Politiewetenschap 57

Samenvatting

Politieleiderschap wordt gezien als de sleutel naar meer richting en zingeving in politieorganisatie en werk. De School voor Politieleiderschap houdt zich structureel bezig met leiderschapsontwikkeling en het belang daarvan wordt in vrijwel ieder visiedocument van de politie onderstreept. Maar ‘leiderschap’ behoudt bij dit alles een hoog mythisch gehalte.
Aan visionaire ideeën en opvattingen geen gebrek, aan goed empirisch onderzoek op basis van geobjectiveerde criteria voor goed leiderschap des te meer. 
Op basis van een uitgebreide literatuurstudie woedt geconcludeerd dat op dit moment ‘goed politieleiderschap’ vooral wordt afgemeten aan datgene wat politieleiders daar zelf over vertellen en van vinden. Daar kan niet mee worden volstaan. Zeker nu de context van leiderschap door de komst van de nationale politie gaat veranderen, dient de vraag wat ‘goed politieleiderschap’ inhoudt meer geobjectiveerd te worden. 
Daartoe wordt een beschrijvend ‘model’ aangereikt waarin vier hoofdcomponenten worden onderscheiden;

  • de opdracht waarbinnen politieleiderschap kan gedijen
  • de omgeving waarmee de politieleider rekening moet houden
  • de organisatie waarbinnen de politieleider fungeert
  • individuele kenmerken van de politieleider.

 

Empirisch (observatie-) onderzoek naar het gedrag van leidinggevenden kan een verrijking betekenen voor het onderwerp en daarmee kan het ‘bijna mythische karakter’ van politieleiderschap verder naar de achtergrond worden verwezen.

Bestanden downloaden

PW57.Kerngegevens.pdf
Terug