Gevangene van het verleden

Nieuwe uitgave in de reeks Politiewetenschap van het Programma Politie en Wetenschap.

Burgemeesters vaak ambivalent over informatie terugkeer zedendelinquent

Wat gebeurt er als een bekende zedendelinquent na het uitzitten van zijn straf weer terugkeert in zijn woonplaats? Wat zijn de gevolgen van de ‘ontmaskering’ van een buurtgenoot als zedendelinquent? Onderzoekers van de Erasmus Universiteit en Universiteit Utrecht hebben negen zaken beschreven waarin de identificatie of ontmaskering van een zedendelinquent tot ophef, woede en angst leidde in zijn buurt of woonplaats. In de negen zaken speelt de burgemeester een belangrijke rol. Door persoonlijk betrokken te zijn bij gesprekken met de zedendelinquent en verontruste burgers legt hij zijn gewicht in de schaal en zet hij een belangrijke persoonlijk stempel op de aanpak van de crisis. Hij fungeert als een ‘burgervader’ die poogt om ook de belangen van de zwakke partij, de zedendelinquent, te beschermen. Tegenwoordig wordt de burgemeester geïnformeerd over de terugkeer van een zedendelinquent in zijn gemeente. Een aantal burgemeesters staat zeer ambivalent tegenover het ontvangen van deze informatie omdat zij met de verworven kennis weinig kunnen doen. Zij ervaren de verkregen informatie als belastende kennis.


De beschrijvingen zijn gebaseerd op interviews met de betrokkenen, zoals de wijkagent, reclasseringswerker, burgemeester, en de zedendelinquent. Aan de orde komt hoe de betrokkenen hebben gereageerd op de ontstane crisis en welke activiteiten zij hebben ondernomen om de crisis te bezweren. De crisissituaties kennen een verschillende afloop. Soms verdwijnt de onrust doordat de zedendelinquent vlucht uit zijn stad, in een aantal andere gevallen krijgt de betrokkene een woning op een andere plek, en er zijn ook enkele gevallen waarin de zedendelinquent in zijn woning kan blijven. Een belangrijk dilemma voor de burgemeesters, wijkagenten en hulpverleners is dat zij bij het uitbreken van publieke onrust informatie over de persoon van de zedendelinquent moeten kunnen verstrekken zonder hiermee diens privacy te schaden. Soms staat de burgemeester met gebonden handen op de barricaden.

Ook de wijkagent speelt in de negen onderzochte zaken een rol, maar de aard van de verrichte activiteiten verschilt van geval tot geval. In enkele gevallen is de wijkagent al op de hoogte van de terugkeer van de zedendelinquent, voordat de bewoners hiervan op de hoogte zijn. De positie van de wijkagent is in feite weinig benijdenswaardig. Hij heeft niet de juridische mogelijkheden om informatie van de zedendelinquent af te dwingen, tenzij hij belast is met controle op de naleving van bijzondere voorwaarden die bij de vervroegde invrijheidstelling of voorwaardelijke strafoplegging zijn gesteld. Als de zedendelinquent –buiten deze controle – met de wijkagent weigert te spreken staat de wijkagent met lege handen. De mogelijkheden voor de wijkagent zijn daarmee beperkt.


NADERE INFORMATIE: 
Nadere informatie te verkrijgen bij de auteurs, vanaf 2 april 10.00 uur op nummer: 
030 2537125 (WPI)

Van de zijde van Politie en Wetenschap:
Directeur van het Programma Politie & Wetenschap:
Annemieke Venderbosch : 06-13216168

Gevangene van het verleden. Crisissituaties na de terugkeer van zedendelinquenten in de samenleving, door: M.M. Boone (UU), H.G. van de Bunt (EUR), D. Siegel (UU); Politie en Wetenschap, Apeldoorn; Reed Business, Amsterdam 2014

Persexemplaren van het rapport zijn te verkrijgen bij de uitgever: Reed Business of bij het programmabureau P&W.

Terug