Informatiegestuurde dienders

‘Informatiegestuurde dienders’. Informatiesturing tussen theorie en praktijk. 
Nieuwe uitgave in de reeks Politiekunde van het Programma Politie en Wetenschap.

Hoge ambities Informatiegestuurd werken zijn nog geen politiepraktijk

Informatiegestuurd werken kan binnen de politie rekenen op draagvlak, maar de voorwaarden om het concept goed in de praktijk van de basispolitiezorg te brengen zijn nog niet op orde. Dat blijkt uit onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam naar de manier waarop de politie in de praktijk informatie gebruikt. De theoretische grondslagen van het zogeheten IGP-concept (‘Informatie gestuurd Politiewerk’), werden op de werkvloer van de politiepraktijk uitvoerig onder de loep genomen in gesprekken met bijna honderd betrokken politiemensen, ambtenaren Openbare Orde en Veiligheid, functionarissen van het Openbaar Ministerie en het Veiligheidshuis.

Belangrijke uitgangspunten van informatiesturing en politiewerk gaan over een samenhangende manier van werken, over leerprocessen en het verbinden van (ervarings)kennis van wijkagenten met systeeminformatie. De politie is in het algemeen sterk in het neerzetten van aansprekende concepten en ook IGP is hierop geen uitzondering. Maar wat is de toegevoegde waarde ervan voor het politiewerk? Levert informatiegestuurd werken nu daadwerkelijk andere en betere informatie op, treden de veronderstelde leereffecten op en draagt het bij aan een strategische opbouw van kennis en sturingsinformatie? Komt bijvoorbeeld de beoogde wisselwerking tussen meer zachte straatkennis en harde systeemkennis in de praktijk effectief van de grond?

De politie gebruikt verschillende instrumenten waarbij een grote rol voor informatiegestuurd werken wordt verondersteld. Aan de hand van twee van deze instrumenten, namelijk de gebiedsscan Criminaliteit en Overlast en de Shortlist aanpak jeugdgroepen laat het rapport uitgebreid beelden van de politiepraktijk zien. Hieruit blijkt dat de doorwerking, leereffecten en de informatiekundige betekenis toch vaak beperkter blijven dan verwacht. Ook wordt de toegevoegde waarde van de instrumenten voor het eigen werk niet altijd herkend door politiemensen. De dagelijkse politiepraktijk kenmerkt zich vooral door korte termijn werken en sturen, kortom de ‘waan van de dag’. De werkstijl van wijkagenten verdraagt zich daarom minder met het gebruiken van informatie om op langere termijn het werk te verbeteren en meer probleemgericht te gaan werken. Het is van belang om politiemensen daar meer in te faciliteren. De instrumenten worden nu nog te vaak gezien als beleids- en verantwoordingsinstrument en als ‘opgelegd’ door leiding en het management. Een belangrijk aandachtspunt is daarom om wijkagenten mee te krijgen in dit (leer)proces en hen duidelijk te maken dat en hoe informatiegestuurd werken hen ondersteunt in hun werk én verder in de organisatie doorwerkt.


NADERE INFORMATIE: 
Nadere informatie te verkrijgen bij de auteurs, vanaf donderdag 10 juli 10.00 uur: 
Erasmus Universiteit Rotterdam, Center for Public Innovation
06 52 32 88 25 (dr. Arie van Sluis) of 06 265 32 466 (drs. Peter Siep)

Politie en Wetenschap:
Directeur van het Programma Politie & Wetenschap:
Annemieke Venderbosch: 06-13216168

Informatiegestuurde dienders. Informatiesturing tussen theorie en praktijk, door: A. van Sluis, P.A. Siep, V.J.J.M. Bekkers; Politiekunde 64, Politie en Wetenschap, Apeldoorn; Reed Business, Amsterdam 2014

Persexemplaren van het rapport zijn te verkrijgen bij de uitgever: Reed Business of bij het programmabureau P&W.

Terug