De plaats delict in beeld

Fotografie in de dagelijkse en gesimuleerde praktijk (2013). G. Vanderveen en J. Roosma (Universiteit Leiden). Politiekunde 58

Samenvatting 

Dit beschrijvende onderzoek is een eerste stap om meer inzicht krijgen in de beslissingsprocessen rond de plaats delict (PD)- fotografie. Daarbij speelt ook de relevantie van foto’s van de PD voor de opsporing en hoe en met welke verwachting en voor welke reden de foto’s worden ingezet in de opsporing en dossiervorming een rol. Het beslissingsproces ten aanzien van fotografie op de PD wordt hier vertaald in drie vraagwoorden: wat, hoe en waarvoor. In het onderzoek zijn de keuzes geanalyseerd die worden gemaakt tijdens het fotograferen van de plaats delict (PD) en de kwaliteit van de gemaakte foto’s. Hiervoor zijn gesimuleerde PD’s uitgevoerd door respectievelijk forensisch rechercheurs in de vorm van een kapitaal delict en door High Volume Crime (HVC) medewerkers in de vorm van een inbraak. Tevens zijn interviews gehouden met Officieren van Justitie over de rol van foto's in dossiers.

Bij het PD kapitaal delict komt naar voren dat de forensisch rechercheurs weten aan welke kwaliteitscriteria de foto’s moeten voldoen en wat de richtlijnen zijn voor hun werkwijze. Hoewel het aantal gemaakte foto’s en de kwaliteit ervan nogal varieert, is het overgrote deel (80%) van het fotomateriaal van voldoende kwaliteit. Maar omdat er vanuit het OM nauwelijks feedback komt over het geleverde Proces Verbaal (PV), is het onduidelijk wat precies de wensen en verwachtingen zijn, mede omdat er vaak toch geen vervolg aan een zaak gegeven wordt. 
Hier tegenover staat dat foto’s bij het PD inbraak in de praktijk nauwelijks van belang lijken. Uit de gesimuleerde PD komt naar voren dat de kwaliteit, de werkwijze en het aantal gemaakte foto’s door de HVC-medewerkers eveneens sterk varieert. De foto’s voldoen hierbij veel minder aan de kwaliteitscriteria. Waarschijnlijk doordat men in dit geval weinig praktijkervaring heeft met het maken van foto’s. 
In de interviews met de Officieren van Justitie wordt duidelijk dat de foto’s die zij binnenkrijgen een meerwaarde hebben, zolang deze goed ingebed en relevant zijn. De Officieren geven overigens aan geen hinder te ondervinden van de wisselende kwaliteit van de foto’s. Deelnemende rechercheurs betogen in het afsluitende hoofdstuk dat de kwaliteit van de PD-fotografie verbeterd kan worden door de werkwijze van het Proces Verbaal verder te standaardiseren aan de hand van systematische feedback en door desgewenst te investeren in beter materiaal en meer trainingen.

Bestanden downloaden

BWPK58.pdf
PK58.Kerngegevens.pdf
Terug