Driehoeken: overleg en verhoudingen

Van lokaal tot internationaal (2013). E.J. van der Torre en T.B.W.M. van der Torre-Eilert (LokaleZaken, Rotterdam). Politiewetenschap 68

Samenvatting

In 1992 was, in gemeenten met een eigen korps, de macht geconcentreerd in het gemeentelijke driehoeksoverleg. Dit overleg vindt plaats op verschillende niveaus. Aan belangrijke driehoeksoverleggen nemen anno 2013 in het Nationale politiebestel op het niveau van 168 basisteams en 43 politiedistricten al snel vijf tot tien burgemeesters deel. Welke gevolgen kan dit hebben voor de politiek-bestuurlijke inbedding?
De kansen ontstaan doordat het gemeentelijke veiligheidsbeleid is versterkt in de afgelopen tien jaar. Burgemeesters beschikken over informatie en veiligheidsambtenaren. Dat is een goede basis om in het driehoeksoverleg invloed uit te oefenen op de politie. Zo kunnen ze proberen het politiebeleid af te stemmen op hun werkgebied en op het bestuurlijke veiligheidsbeleid. Er is op dat schaalniveau (vrije) politiesterkte beschikbaar, hetgeen (bestuurlijke) gezagsdragers ruimte geeft om de politie te besturen. Die ruimte is er vaak minder op het niveau van afzonderlijke gemeenten, waardoor burgemeesters voordelen zien in samenwerking en overleg op het niveau van basisteam of district. Bovendien houden criminelen of overlastgevers zich ook niet aan gemeentegrenzen.

Bestanden downloaden

Driehoeken.pdf
PW68.Kerngegevens.pdf
Terug