Nachtdiensten bij de politie en verkeersveiligheid

Onderzoek naar ervaringen van politieagenten met verkeersonveiligheid in woon-werkverkeer na de nachtdienst (2014). P.F.M. Boekhoorn (BBSO, Nijmegen). Politiekunde 67

Samenvatting

Vermoeidheid blijkt bij veel agenten een negatieve rol te spelen in hun rijgedrag in het woon-werkverkeer na de nachtdienst. Het is daarom raadzaam om meer aandacht te besteden aan de risico’s van een te grote vermoeidheid en te kijken hoe deze vermoeidheid kan worden verminderd. Dit blijkt uit een onderzoek van BBSO naar de vraag of nachtdiensten tot veiligheidsrisico’s leiden in het woon-werkverkeer van politieagenten vanwege een afnemende alertheid door vermoeidheid. Slapen voor de nachtdienst en meer regelmatigheid in de roostering van de nachtdiensten kunnen de vermoeidheid bijvoorbeeld verminderen. 

 

Het werken in nachtelijke uren komt in Nederland veel en in verscheidene sectoren voor. Deze nachtarbeid is een belastende activiteit voor de gezondheid van werknemers aangezien de ‘biologische klok’ van het menselijk lichaam, dat is gebouwd op het functioneren overdag, verstoord raakt. Ook bij de politie wordt vanwege de 24/7-uurs bereikbaarheid in nachtdiensten gewerkt.

 

De studie wijst daarbij op een tot nu toe onderbelicht aspect van het verrichten van nachtdiensten door politieagenten. In het onderzoek is door middel van een grootschalige enquête in twee politie-eenheden gevraagd naar de ervaringen die politieagenten hebben met verkeersonveiligheid in hun woon-werkverkeer na de nachtdienst. Driekwart van deze agenten zegt in die mate vermoeid te zijn dat zij hierdoor minder alert rijgedrag gaat vertonen. Deze vermoeidheid achter het stuur treedt vooral op bij politieagenten die meer dan 20 km van het politiebureau wonen en derhalve meer moeten rijden tussen huis en werk. Ook wordt deze vermoeidheid vaker gemeld door oudere (40+) en vrouwelijke politieagenten.

 

Bijna de helft van de agenten geeft aan in het afgelopen jaar ervaringen te hebben gehad met verkeersonveilige situaties na de nachtdienst. Dit wordt niet alleen gerapporteerd bij agenten die ’s nachts een relatief lang traject moeten rijden tussen het politiebureau en hun huis,  maar ook door diegenen die niet of weinig hebben geslapen voorafgaand aan de dienst. Een grote groep politieagenten realiseert zich onvoldoende dat er een samenhang is tussen het aantal uren slaap voorafgaand aan de nachtdienst, de ervaren vermoeidheid tijdens en na de nachtdienst en de ervaringen met onveilige verkeerssituaties na de nachtdienst. Er is sprake van een onderschatting van de risico’s bij een deel van de politieagenten die nachtdiensten draaien.

 

Naast de persoonlijke omstandigheden en keuzes van politieagenten, spelen hierin ook organisatorische aspecten binnen de politie een belangrijke rol. De ervaren onregelmatigheid in de nachtdiensten en de roostering hiervan blijken belastende factoren te vormen in de conditie van de agent en in zijn/haar mogelijkheden om al dan niet veilig naar huis te rijden na de nachtdienst.

 

In het rapport wordt aanbevolen de bewustwording van het belang van een verantwoorde nachtdienst in het licht van de verkeersveiligheid zowel bij de individuele politieagent, als binnen de politieorganisatie te vergroten. Voor de politieorganisatie betekent het dat het thema van een veilige verkeersdeelname van politieagenten na hun nachtdienst bespreekbaar dient te zijn. Voor het capaciteitsmanagement, of in dit kader te noemen ‘vermoeidheidsmanagement’, kan met name worden gekeken naar de roostering binnen de nachtdiensten en naar de mogelijkheid om de nachtdienst te verlichten door een korte ‘powernap’ in het tweede deel van de nachtdienst.  

 

Het onderzoek heeft zich alleen gericht op de politieorganisatie maar het is goed mogelijk dat de problemen met vermoeidheid in het woon-werk verkeer voor veel meer sectoren gelden waar nachtdiensten worden gedraaid. Hiervoor is nader onderzoek nodig. 

Bestanden downloaden

PK67.pdf
PK67.epub
PK67.Kerngegevens.pdf
Terug