De legitimiteit van de politie onder druk?

Beschouwingen over grondslagen en ontwikkelingen van legitimiteit en legitimiteitstoekenning (2006). K. van der Vijver en F. Vlek (red.) (Politie & Wetenschap). Politiewetenschap 34

Samenvatting

Het lijkt erop dat de laatste jaren de legitimiteit van de politie opnieuw onder druk, of in elk geval ter discussie is komen staan. Dat roept de vraag op in hoeverre en waarom en waardoor? Zijn er dwingende redenen om ons zorgen te maken over de legitimiteit van de politie, en zo ja, welke.? Houden die vooral verband met een, al dan niet vermeend, gebrekkig functioneren van de politie of, ook, met veranderde maatschappelijk opvattingen en aanspraken ten aanzien van de politie? En welke rol speelt in dit verband het landelijke politiebeleid dat koerst op centralisatie , schaalvergroting en een heroriëntatie op kerntaken; is dat onderdeel van probleem of net – bedoeld als – een oplossing?
Die vragen staan centraal in deze bundel. De directe aanleiding was een verkennende beschouwing van Kees van der Vijver over zowel de normatieve als meer empirische aspecten van het legitimiteitsbegrip. Daaruit lijkt dat het om een weerbarstig begrip gaat, waarvan betekenis en inhoud aan veranderingen onderhevig zijn. Een begrip ook waar wel veel over geschreven wordt maar waar weinig goed empirisch onderzoek naar is gedaan. Deels doordat het zich lastig eenduidig laat operationaliseren. 
Dat was aanleiding om een aantal gerenommeerde auteurs te vragen op de studie en het vraagstuk van de legitimiteit en legitimiteitspositie van de politie te reflecteren. Zij hebben dat gedaan vanuit verschillende invalshoeken: historische, politiewetenschappelijke, cultuur-filosofische en politiek-bestuurlijke. Hoewel visies en opvattingen uiteen lopen, zijn er rode draden te ontwaren. Die worden in een slotbeschouwing belicht en verbonden met een aantal conclusies en implicaties voor praktijk en beleid. 

Bestanden downloaden

PW34.Kerngegevens.pdf
Terug